De Vlaamse meerderheid en oppositie willen doorzetten om voormalige asbestproducenten ertoe te bewegen financieel meer bij te dragen. Dat blijkt uit een resolutie die unaniem werd goedgekeurd in het Vlaams Parlement.
Vorige week werd in het Vlaams parlement nog een hoorzitting gehouden met de asbestproducenten, waar Eternit zich erg defensief opstelde. Het bedrijf wees een mogelijke decretale vergoedingsplicht voor asbestproducenten af als "disproportioneel" en "mogelijk discriminerend". Dat het bedrijf een deel van de verantwoordelijkheid zelfs bij de eindgebruikers van asbesthoudende producten leek te leggen, stuitte op heel wat onbegrip bij de leden van de commissie Leefmilieu.
In een resolutie vragen N-VA, Vooruit, CD&V, Open VLD en Groen nu om juridisch advies in te winnen over de mogelijkheid van een decreet. Ze eisen dat de betrokken bedrijven bijdragen aan het opruimen van de toxische stof. Volgens een raming van afvalstoffenmaatschappij OVAM zou het twintig jaar lang elk jaar 100 miljoen euro kosten om alleen al het asbest van Eternit in Vlaanderen te verwijderen.
Verder vraagt de resolutie de regering het asbestafbouwbeleid te versterken en te versnellen. OVAM wordt belast met een inhoudelijke analyse en evaluatie van het huidige beleid.
Helft gecontroleerde Vlaamse schoolgebouwen moet dringend asbestvrij gemaakt worden. Dat blijkt uit een nieuwe analyse van afvalstoffenmaatschappij OVAM. "De situatie is alarmerender dan gedacht", zegt Vlaams Parlementslid Kim Buyst (Groen).
Scholen zijn in vergelijking met andere gebouwen veel onveiliger als het gaat over asbestvervuiling. Op dit moment is net geen 20 procent van de gecontroleerde schoolgebouwen asbestveilig, bij andere types gebouwen in Vlaanderen is dat gemiddeld 60 procent.
Niet alleen is er in de grote meerderheid van de schoolgebouwen sprake van vervuiling, het asbest moet vaak zo snel mogelijk verwijderd worden.
Voor 53 procent van de gecontroleerde schoolgebouwen valt de vervuiling in de meest urgente categorie. OVAM geeft hen het label 'dringende verwijdering noodzakelijk'. Omgerekend gaat het om zo’n 1.350 scholen.
Op zaterdag 8 maart 2025 publiceerde het dagblad Het Laaste Nieuws een interview met Xavier Jonckheere, waarin hij aankondigde dat hij ook mesothelioom heeft. Ter herinnering: vijf leden van deze familie zijn al overleden als gevolg van blootstelling aan asbest, de vader van een beroepsziekte die hij opliep tijdens zijn werk in de Eternit-fabriek in Kapelle-op-den-bos, de andere vier - de moeder en drie kinderen - als gevolg van blootstelling aan het milieu in de buurt van de fabriek, waaronder Eric, president van Abeva, die afgelopen december overleed.
Van de twee overgebleven broers werd ook Xavier getroffen. Dit is natuurlijk verschrikkelijk nieuws voor hem, zijn familie, wij allemaal, die bijzonder geschokt zijn. Abeva verzekert Xavier van haar volledige solidariteit en steun.
Naast de persoon van Xavier zijn het natuurlijk alle slachtoffers van asbest die ABEVA verdedigt. Het geval van de familie Jonckheere is vooral een symbool van de omvang van de epidemie die voortduurt.
Het rechtvaardigt een aanhoudende en hernieuwde aandacht voor de strijd tegen asbestschade, uit het verleden en in de toekomst.
Het verleden rechtvaardigt de voortzetting van de inspanningen om het compensatiesysteem voor slachtoffers, het Asbestfonds (AFA), verder te verbeteren, met name via de lopende discussie in het federaal parlement.
De toekomst wordt asbestverwijdering genoemd, om toekomstige blootstelling als gevolg van asbest te voorkomen, dat nog steeds zeer aanwezig is in het milieu.
In beide gevallen zullen degenen die historisch verantwoordelijk zijn voor deze epidemie moeten bijdragen aan de inspanning, in de mate van hun grote verantwoordelijkheden.
9 maart 2025
ABEVA
EEN BELANGRIJKE VOORUITGANG VOOR SOMMIGE ASBESTSLACHTOFFERS
De Belgische Vereniging van Asbestslachtoffers - ABEVA - juicht het voornemen toe, verwoord in het regeerakkoord, om de wetgeving van het Asbestfonds (AFA) aan te passen. Daarbij zou de immuniteitsclausule1 worden afgeschaft, die omgevingsslachtoffers ervan weerhoudt om justitiële actie te ondernemen tegen de veroorzaker van de schade, De tekst van de overeenkomst specificeert dat: "Slachtoffers van asbest die geen werknemers zijn, moeten een civiele rechtszaak kunnen aanspannen in rechtszaak. We garanderen ook dat bedrijven die niet veroordeeld zijn voor asbestvervuiling geen hogere bijdragen aan het Asbestfonds zullen betalen. Dit fonds moet in ieder geval voldoende gefinancierd worden”.
Dit is een belangrijke stap in de richting van meer rechtvaardigheid en een betere vergoeding voor slachtoffers die werden blootgesteld aan asbest in een niet-professionele omgeving. De oprichting van de AFA in 2006 was een grote stap in de juiste richting voor alle asbestslachtoffers. Dankzij het Fonds werden, voor het eerst, omgevingsslachtoffersvan asbest (en hun familieleden) gecompenseerd, terwijl ontvingen professionele slachtoffers een aanvulling op de bestaande vergoeding voor hun beroepsziekte
Lees meer: Persbericht 4 februari 2025
De PVDA (PTB) van de regio Vilvoorde-Vlaamse Moedigheid organiseert jaarlijks een eerbetoon aan een persoon die genomineerd is voor zijn of haar inzet voor solidariteit. Eric Jonckheere, voorzitter van ABEVA, die in december vorig jaar overleed, is een van de drie genomineerden.
U kunt ervoor stemmen.
Alle uitleg vindt u onder deze link
https://vilvoorde.pvda.be/nieuws/stem-hier-voor-de-solidariteitsprijs-de-vuist-van-2025-0
"Solidariteit op dagelijkse basis is iets dat ons vanzelfsprekend lijkt. Daarom nemen we elk jaar de tijd om bepaalde mensen en organisaties te eren die dit in hun dagelijkse werk demonstreren of die dit hebben aangetoond in acties of evenementen. We zetten deze mensen dan ook graag in het zonnetje en geven ze een welverdiend eerbetoon."
De prijs wordt uitgereikt tijdens de PVDA Vlaams-Brabantse nieuwjaarsreceptie op zaterdag 1 februari tussen 19 en 21 uur in de Kastanjelaar, in Vilvoorde.
Stemmen op je favorieten kan tot en met 29 januari 2025 via het formulier onderaan de pagina.
In minstens 2.000 Vlaamse scholen is al asbest gevonden. Dat schrijft Het Laatste Nieuws. De Vlaamse overheid zal asbestverwijdering in scholen voortaan volledig terugbetalen. Dat meldt Vlaams minister van Onderwijs Zuhal Demir (N-VA).
De voorbije jaren hebben al 2.500 scholen een asbest-controle laten uitvoeren, dat is iets minder dan de helft van alle gebouwen. Er zijn zo'n 6.000 gebouwen.
In 89 procent van de gebouwen bleek nog asbest aanwezig te zijn, zegt Jan Verheyen van afvalstoffenmaatschappij OVAM.
"In veel gebouwen van vóór 2001 zijn asbesthoudende materialen gebruikt. Scholen zijn daarop geen uitzondering. De meeste schoolgebouwen zijn ook iets ouder", legt Verheyen uit. "Dat asbest zit bijvoorbeeld in golfplaten, gevelbekleding en leidingisolatie."
Asbest is een kankerverwekkende stof die op het einde van de jaren 90 verboden werd in België.
5,4 miljoen euro per jaar
Tot voor kort konden scholen 60 à 70 procent van de verwijderingswerken terugbetaald krijgen. Minister Demir trekt dat op naar 100 procent, zo kondigt ze aan.
Er komt een gemiddeld budget vrij van 5,4 miljoen euro per jaar voor de volledige terugbetaling. Het geld moet komen uit "interne verschuivingen binnen de bestaande budgetten", zegt Demir.
"We doen dat om de meest kwetsbaren, onze kinderen dus, te beschermen. Want zij brengen veel tijd door in de schoolgebouwen, en dat hoort een veilige en gezonde omgeving zijn." De minister roept scholen op om dossiers in te dienen.